Roept Jezus op tot maar lijdzaam alles ondergaan wat je wordt aangedaan? En dan die, mogelijk, nog grotere vraag: hoe heb ik mijn vijand lief – kan dat eigenlijk wel?
Wat is onze wens, onze hoop, als het gaat om het verschrikkelijke kwaad waar mensen toe in staat blijken te zijn? Ik zou zeggen: dat het stopt. Wat is de weg om het kwaad te bestrijden? Jezus doorziet in lijn met de Joodse Wet: wraak stopt het niet. Wraak zet het kwaad alleen maar voort in een oneindige cyclus van wraak en tegenwraak. Wat wil je, wat wens je voor je vijand, degene die je vervolgt? Diens verwoesting, vernietiging? Of diens herstel tot mede-menselijkheid?